Woudwyk Genealogía » Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek. (1403-1468)

Personal data Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek. 


Household of Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.

He is married to Galthye Gaets Galtje Gatske Geets Gaete Gautje Galthyje Watzesdr Walthyedr Walthye Gaets Juws van Dekema.

They got married in the year 1430 at Sloten, Gaasterlan-Sleat, Frysland, Nederland, he was 27 years old.


Child(ren):



Notes about Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.

Hoofdeling van Sneek.

Begraven in Klooster Thabor Bij Sneek.


--------------------------------------------


Dekema State te Weidum


1410-1457 Gaets Juws Dekema en haar man Bokke Ages Harinxma.


1410-1457 Gaets Juws Dekema y su esposo Bokke Ages Harinxma.


--------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Hij is getrouwd met Gaets Watzesdr van Dekema 1430 te Sloten,Gaasterlan-Sleat,Frysland,Nederland.



Kinderen:



Juw Bockes Harinxma 1431-1472.


Ydt Bockes Harinxma 1439-?.


Jucke Bockes Harinxma 1442-?.


His Bockes Harinxma 1444-?.


Jel Bockesdr Harinxma 1430-1475.


Feycke Bockes Harinxma 1425-1471.


- Aggo Bockes Harinxma 1437-?.


Watze Wattia Bockes Harinxma 1430-?.


Douwe Bockes Donia 1435-?.


------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Nr28 (1472 november 11)Naam Wattia Harinxma Vader Bocka Partner Sacka Kinderen dochters: Sytg (non), Hilka, Wybrich; zoons: Pieter, Renick; dochter bij Ebel: Kathryn Woonplaats Sneek/Sloten Commentaar1. Zoon van Bocke Harinxma en Gaets Dekema; trouwde Saeck Camminga (UvB, f. 47r). Een huwelijk van Wattia en Ebel is niet bekend, dus misschien was Kathryn een buiten echtelijk kind.2. In het notariėle onderschrift is sprake van ’predictam dominam Wyttiam’. In het testament wordt echter geen Wyttia genoemd. Mogelijkwordt bedoeld Wyts Juwsma, vrouw van Wattia’s broer Juw (UvB, f.47r).3. Literatuur: Kater, ’Testament’.

-------------------------------------


# 28 (11 de noviembre 1472) Nombre Wattia Harinxma Padre Bocka Socio Sacka Niños hijas Sytg (no), Hilka, Wybrich; hijos: Peter, Renick, hija Ebel: Kathryn Ubicación Sneek / Seguros Commentaar1. Hijo de Böcke Harinxma y Gaets Dekema, casado Saeck Camminga (UVB, f 47r.). Un matrimonio de Wattia y Ebel no se conoce, así que tal vez se trataba de un Kathryn ilegítima kind.2. En la firma notarial se habla de 'predictam dominam Wyttiam. La voluntad no menciona un Wyttia. Si es posible intención Wyts Juwsma, hermano Jewel de Wattia esposa (UVB, f.47r) 0.3. Literatura: Hangover 'Testamento'.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Inventaris


Het familiearchief Van Sminia (1424) 1431-1858 en van de daartoe behorende collectie Ruerda (1525) 1558-1819 (1828).


27 Familie Van Sminia


2. Inventaris


2.6. Regesten


8 Bocka Harinxsma en zijn vrouw Galthye, Walthya Dekemadochter, verklaren over te dragen aan Hette Dekema en zijn nakomelingen alle recht, dat hun aanbestorven is op Dekamastate c.a. te Weydum.


Datering:


1 augustus 1457


NB:


Int jeer ws Heren dusent vierhondert soeven ende vyftich op sunte Peter Vincula die. Kopie. Papier. Gedr. bij Sipma dl. I nr. 149. Gedr. bij De Boer nr. 6. Inv. nr. 1411


Vindplaats:


Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)


-------------------------


Inventario


El archivo de la familia Sminia (1424) 1431-1858 y la colección asociada Ruerda (1525) 1558-1819 (1828).


27 Familia De Sminia


2 Inventario


2.6. Rege Sten


8 Bocka Harinxsma y su esposa Galthye, Walthya Dekemadochter,explican traslado a Hette Dekema y sus descendientes bien, que su aanbestorven es Dekamastate Weydum a ca.


Fechado:


01 de agosto 1457


Nota:


Int Jeer ws Hombres dusent vierhondert soeven vyftich ingreso en Sunte Pedro Vincula que. Copia. Papel. Presionado. en Sipma dl. 149 Yo no. Presionado. De Boer No. 6. Inv. N º 1411.


Procedencia:


Tresoar (Frisia Histoarysk y Letterkundich Sintrum).


-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Persoonlijke gegevens Bocke Aggesz Harinxma Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten


Hij is geboren 1403 in Sneek.


Hij is overleden 1468 in Sneek, hij was toen 65 jaar oud.


Hij is begraven in Bij Zijn Voorouders In Het Klooster Thabor Boven Sneek Begraven.


Hij is begraven in Klooster Thabor, Tirns, Nijland, Wymbritseradeel.


Gezin van Bocke Aggesz Harinxma Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten


Hij is getrouwd met Galthyje Watzes (Gaets/Gatske) van Dekema 1420.


Kind(eren):


Feycke Bockes van Harinxma Thoe Sloten 1405-1471


Jel Bockesdr van Harinxma 1420-1472


Watze Bockes (Wattie) Harinxma 1430-> 1472


Juw Bockes van Harinxma 1431-1475


Aggo Bockes van Harinxma 1437-± 1445


Ydt Bockesdr van Harinxma 1439-????


Jucke Bockes van Harinxma 1442-????


His Bockes van Harinxma 1444-????


Notities bij Bocke Aggesz Harinxma Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten


Ook genaamd Harinxma van Donia


Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.


OFO-II-14: hij tekent op 2-5-1427 als Bocka Doynga (Donia) namens Scharnegoutum het verdrag inzake onderhoud Nieuwlandsdijken om en nabij Sneek.


OFO I-89 d.d. 30-11-1442: Bocke Harinxma te Sneek.


OFO II-37 d.d. 1-8-1455: hij zegelt voor Sneek het besluit dat er een "gaerleger" komt tussen Sneek en Bolsward.


OFO II-45 d.d. 13-8-1459: hij sluit voor Sneek de overeenkomst tussen Bolsward,Franeker en Sneek.


Dootboeck (GEN 742): Bocke Harincxma, heerschap te Sneek, verslaat juli 1458 Solcke Meijnama en Ayssa Tziebbinga bij Sloten en hij wordt in 1468 bij zijn voorouders in het klooster Thabor boven Sneekbegraven.

Zijn grafsteen in het museum te Sneek.


----------------------------


La información personal Böcke Aggesz Harinxma Doynga Thoe Sneek Thoe Locks


Nació en 1403 en Sneek.


Él ha fallecido 1468 en Sneek, cuando tenía 65 años.


Está enterrado con sus padres en el Monasterio Tabor subterráneas por encima de Sneek.


Fue enterrado en el monasterio de Tabor, Tirns, Nijland, Wymbritseradeel.


Familia de Böcke Aggesz Harinxma Doynga Thoe Sneek Thoe Locks


Está casado con Galthyje Watzes (Gaets / Gatske) de Dekema 1420.


Niño (s):


Feycke Bockes de Harinxma Thoe Cerraduras 1405-1471


Jel Bockesdr de Harinxma 1420-1472


Watze Bockes (Wattie) Harinxma 1430-> 1472


Joyería Bockes de Harinxma 1431-1475


Aggo Bockes de Harinxma 1437- ± 1,445


YDT Bockesdr de Harinxma 1439 - ????


Jucke Bockes de Harinxma 1442 - ????


Su Bockes de Harinxma 1444 - ????


Notas a Böcke Aggesz Harinxma Doynga Thoe Sneek Thoe Locks


También llamado Harinxma Donia


Carril de cabeza Schiering y Sneek olderman.


OFO II-14: se basa en 05/02/1427 como Bocka Doynga (Snowdonia) en nombre Scharnegoutum la Convención sobre el mantenimiento Nieuwland diques en o cerca de Sneek.


OFO I-89 fechado 30-11-1442: Böcke Harinxma Sneek.


OFO II-37 de fecha 08/01/1455: que sella Sneek la decisión de que hay una "gaerleger" entre Sneek y Bolsward.


OFO II-45 de fecha 13-8-1459: cierra Sneek el acuerdo entre Bolsward, Franeker y Sneek.


Doot Boeck (GEN 742): dominios Böcke Harincxma en Sneek, late julio 1458 Solcke Meijnama y Ayssa Tziebbinga en Cerraduras y es en 1468 con sus padres en el monasterio Tabor encima Sneek Buried.


Su lápida en el museo en Sneek



--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Dekema State te Weidum


Ligging De Dekema State stond in Weidum, v/h gemeente Baarderadeel, nu Littenseradiel, in de zuidooostelijke hoek van de Hegedyk en de Dekemawei.


Foto van het terrein waar vroeger de Stins gestaan heeft


Andere benaming Monnikhuys


Ontstaan De oudste vermelding van een Dekemastins dateert uit 1199.


Geschiedenis De ‘stamstins’ van de Dekema’s stond al ver voor 1200 in Baard. De Dekema’s zijn rijk en de kinderen en kleinkinderen zwermen, vaak met behulp van de rijkdom van hun ouders, uit over Friesland. Hier in Weidum treffen we een bekende uit Jellum: Frans Dekema van de Dekemastins onder dat dorp. Frans was een opportunist die inpikte wat hem op gunstige momenten voor de voeten kwam.

Onder Weidum was in 1199 een stins gebouwd door monniken van het klooster Ludingakerk onder Midlum. De bijbehorende boerderij werd zoals gebruikelijk beheerd door conversen. De opbrengsten moesten uiteraard worden afgedragen aan het klooster, maar dat kwam er niet altijd van. De levenswandel van deze conversen was niet altijd wat je ervan zou mogen verwachten. Het bezit aan landerijen van dit "Monnikhuys" was groot en de opbrengsten waren navenant. De heren conversen leefden een bruin leven en hebzucht tierde welig. Een aantal jaren na de bouw van de stins raakten ze slaags met elkaar over het kerkelijk goed. Toen ze daarover een tijdlang aan het bakkeleien geweest waren, zag Frans zijn kans schoon. Hij joeg de hele meute de stins en de boerderij uit en nam zelf de stins en het bestuur over Weidum over.

De tweede Dekema waar we iets van weten, nl. Hette Juws Dekema, vinden we hier ruim 100 jaar later. Hij was een zoon van de Juw Hettes die in 1303 Baard verliet en de wijde wereld in trok. Hette had blijkbaar een aardje naar zijn vaartje, want in 1341 zat hij met het leger van Lodewijk van Beijeren in Oostenrijk. Hij kwam heel en gezond weer thuis, want in 1370 woonde hij op Dekemastins te Baard, maar hij overleed in 1396 te Weidum. Het is niet duidelijk of Hette daar van ouderdom gestorven is of sneuvelde in de strijd tussen Schieringers en Vetkopers, die toen net weer de kop opstak. Gezien zijn leeftijd, hij zal toen toch minstens 75 jaar geweest zijn, kan het de ouderdom geweest zijn, maar gezien zijn krijgshaftige verleden is de tweede mogelijkheid het meest waarschijnlijk.

Toen zijn zoon Sytse Dekema in 1397 met zijn vriend en buurman Gaele Hania in 1397 terugkwam uit Italië, waar ze enkele jaren aan het hof van koning Wenceslaus hadden vertoefd, vonden zij hun stinsen te Weidum uitgebrand en het dorp uitgemoord en leeggeplunderd door de Vetkopers. Verbitterd zwoeren ze wraak over de Vetkopers.

Over en weer werden rake klappen uitgedeeld tot de strijdende groepen elkaar troffen op de Menaldumermieden tussen Marssum en Dronrijp. De beide aanvoerders, Sytse Dekema en Ode Botnia, kwamen tegenover elkaar te staan en vochten net zo lang tot ze er beiden bij neervielen. Meer dood dan levend werden beide kemphanen van het slagveld gedragen. Tenslotte vluchtten de vetkopers, achternagezeten door de Schieringers, onder leiding van Gaele Hania. De Schieringers namen de kans waar en trokken meteen door naar Dokkum, waar ze de stins van de voorname Vetkoper Feije Heemstra platbrandden. Dekema en Botnia werden daarna goede vrienden en in 1399 streden ze zij aan zij tegen de Hollanders. Toen zijn vriend Gaele Hania in 1409 stierf, was Sytse ontroostbaar en kwijnde weg. Een jaar later stierf hij ook en zijn lichaam werd bijgezet in de grafkelder van de Hania’s in de kerk van Weidum. Toen Botnia later met zijn Vetkoperse troepen Westergoo weer plunderde, spaarde hij Weidum uit achting voor zijn bevriende tegenstanders.

Een broer van Sytse was Hette Juws Dekema. Rond 1400 woonde hij te Baard, maar ook onder Weidum had hij al bezittingen. Toen in 1457 zijn zuster Gaets Juws Dekema en haar man Bokke Ages Harinxma de stins met de landerijen aan hem afstonden, had hij het goed voor elkaar en waren de stinsen te Baard en Weidum weer in één hand. Hij heeft niet lang plezier van zijn uitgebreide bezit gehad, want in 1463 sneuvelde hij in een gevecht tegen de vetkopers onder Jirnsum.

In 1480 stierf hier Hette Hettes Dekema, die een vrijleen stichtte onder Weidum, dat het Dekema-leen werd genoemd.


In 1517 was Hette Juws van Dekema grietman van Baarderadeel en eigenaar van Dekema State. Zijn zoon Pieter Hettes van Dekema was niet alleen vader van 16 (!) kinderen, maar ook grietman van Baarderadeel en Raad in het Hof van Friesland. Op 19 september 1545 werd hij door Karel V tot ridder geslagen. Hij was een man die verstand had van waterschapszaken. Een aantal keren wordt zijn naam genoemd in verband met waterstaatkundige projecten. Op 11 april 1560 bracht hij verslag uit over het uitgraven van het Woltmansdiep tussen Wergea en Grou. Een paar maanden later werd hij gecommitteerde voor het maken van een hoofd aan de westkant van de nieuwe haven te Tacozijl. Maar ook bevorderde hij de veenderij. Hij sloot een akkoord met twee rijke Utrechtse geldschieters voor het afgraven van het hoogveen in het gebied waar nu Heerenveen ligt. Dat heeft hem bepaald geen windeieren gelegd. Mr. Pieter van Dekema en zijn vrouw Catharina van Loo zijn begraven in de St. Vituskerk van Oldehove te Leeuwarden. Hun grafzerk is nu ingemetseld in de zuidelijke buitenmuur van de Oldehove en daar voor iedere voorbijganger in zijn volle pracht te bewonderen.

Van de latere Dekema’s is Syds Julius bekend. Op 20 februari 1663 kreeg hij toestemming voor het graven van een vaart van Weidum naar de Zwette.


Daarna ging Dekema State in andere handen over. In 1710 woonde hier Ernst Mockema van Harinxma thoe Slooten, grietman van Baarderadeel. In 1789 stond de state te koop. De eigenaar, grietman en patriot Ernst Frans van Aylva is dan naar Frankrijk gevlucht. Hij kwam samen met de Fransen terug, maar in het voorjaar van 1796 stond het goed opnieuw te koop. Voor 2100 gulden werd Johannes Caspar Schik, de secretaris van Menaldumadeel, de nieuwe eigenaar. In de proclamatie van die verkoop staat een beschrijving die een aardig beeld schetst van de situatie: "Aan den Oostkant van den Hoge Heereweg een groote ingangpoort, waar vandaan Noordwaarts een sufficante Ringmuur strekt tot aan de Weijdumer opvaart. Van de voormelde poort tot aan de Gragt van de huijssteede is een Ruime Plaats of Bassecour, aan welke Zuijdzijde is een welgetimmerd koetshuijs en kamer voor guardeniersgereedschap, leggende aan dien extra schone druivebomen. Aan de Noordzijde van het Bassecour een deftige stallinge voor veertien paarden, zijnde aan de Westkant van dien een kelderkamer, waaronder een groote kelder en aan den Oostkant twee knegts en meijdekamers.

Voorts een groote huijssteede, waarvan de huijsinge is afgebroken en eijndelijk een extra grote hovinge, verzien met de kleurrijkste en uijtgesogste vrugtboomen, soo met latwerk, als met elsen en yperen hagen, en voorzien met twee vijvers, en verscheidene espaljers. Voorts aan den Noordkant een mooije plantagie en singel aan de Weijdumer opvaart, strekkende sig Oostwaarts uijt nae het Weijdumerhout, sooverre tot dit hornleger behoorende, Dekemalaan genaamd. Oppervlakte 12 p.m." (12 pondemaat = ruim 3 hectare).

De state zelf schittert dus door afwezigheid, want die is afgebroken.


Toch werd hier weer een representatieve woning gebouwd, want een paar jaar later werd de state eigendom van de familie Van Beijma, die daar tot 1894 gewoond heeft. De laatste bewoner is Jhr. Egidius Daniël van Beijma, burgemeester van Baarderadeel en vele jaren voorzitter van de Friese Maatschappij van Landbouw. Vanaf de oprichting van deze maatschappij in 1852 zat hij 20 jaar lang in het hoofdbestuur. Maar hij was zelf ook boer en zijn beslag vee kon iedere kritiek doorstaan. Toen er in 1862 te Lemmer een demonstratie werd gegeven met een maaimachine en een hooischudder, was hij de eerste in Friesland die deze machines aanschafte. Hij was niet getrouwd en toen hij in 1894 overleed was er een man heengegaan met een warmvoelend hart. Een stille weldoener die vaak Weidumers en collega-boeren heeft geholpen zonder daar ruchtbaarheid aan te geven. Achter het koor van de Weidumer kerk is hij begraven.

De eerste tijd na het overlijden van de jonker woonde er familie of goede vrienden op de state. De tuinknechten hielden de tuinen rond het huis op orde, maar aan alles was te merken dat de eigenaar er niet meer woonde. De dagen van Dekema State waren geteld. Een nieuwe tijd was op komst waarin geen plaats meer was voor de oude landadel. Het lot van Dekema State werd in 1898 bezegeld door natuurgeweld. Op 2 maart 1898 trok er een windhoos over Weidum, waardoor niet alleen een aantal huizen en boerderijen zware schade opliepen. De tuin van Dekema State werd in één klap verwoest en de gebouwen zwaar beschadigd. De bijl heeft het werk in de tuin afgemaakt, de slopershamer maakte korte metten met de restanten van de gebouwen en met de schep werd de terp afgegraven. Zo werd er een streep gezet onder de 700-jarige historie van Dekema State.

Bewoners ca. 1210 Frans Dekema


ca. 1350 Hette Juws Dekema


1396-1410 Sytse Dekema


1410-1457 Gaets Juws Dekema en haar man Bokke Ages Harinxma


1457-1463 Hette Juws Dekema


1463-1480 Hette Hettes Dekema


rond 1517 Hette Juws van Dekema


Pieter Hettes van Dekema


rond 1663 Syds Julius van Dekema


in 1710 Ernst Mockema van Harinxma thoe Slooten


in 1789 Ernst Frans van Aylva


in 1796 Johannes Caspar Schik


tot 1898 familie Van Beijma


Jhr. Egidius Daniël van Beijma (laatste eigenaar)


Huidige doeleinden Van de State is niets meer terug te vinden. In Weidum is nu een rusthuis te vinden met de naam "Nij Dekema".


Op de plaats van de State ligt tegenwoordig de ijsbaan.


Opengesteld Het rusthuis is niet vrij toegankelijk.


Foto's Foto van de grafzerk van Pieter van Decama en Catharina van Loo


Bronnen Tekst: J. Leemburg


"Baerderadiel, in geakunde" van het Geakundich Wurkferbân fan de Fryske Akademy


Aantekeningen J. Leemburg uit diverse publicaties


Foto 1 en 2: Archief van J. Leemburg.


------------------------------


Dekema Estado a Weidum


La ubicación Dekema Estado estaba en Weidum, v / h municipio Baarderadeel ahora Littenseradiel, en la esquina de la zuidooostelijke Hegedyk y Dekemawei.


Foto del lugar donde una vez estuvo el stins tiene


Otro nombre Monk Huys


Orígenes La primera mención de una de las fechas Dekema Grovestins a partir de 1199.


Historia Los 'stins tribu "de Dekema de pasó mucho tiempo antes de 1200 Beard. El Dekema son ricos y los hijos y nietos enjambres, a menudo utilizando la riqueza de sus padres, acerca de Friesland. Aquí nos encontramos en Weidum saber de Jellum francés Dekema de DEKEMA Grovestins debajo de ese pueblo. Francés era un oportunista que inpikte lo que le sucedió a horas convenientes para los pies.

Bajo Weidum era en 1199 un stins construidos por los monjes del monasterio Ludingakerk bajo Midlum. La finca correspondiente se ejecuta como conversi habitual. Los fondos tuvieron que ser trasladados al monasterio, pero eso no fue siempre allí. El estilo de vida de esta conversi no siempre era lo que debe esperar. La posesión de tierras de este "Monk Huys 'era grande y los rendimientos fueron correspondientemente. Sres conversi vivió una vida de color marrón y la codicia era rampante. Pocos años después de la construcción de las stins que se enfrentaron entre sí a través de la iglesia también. Cuando estaban a punto que ha pasado mucho tiempo en el forcejeo, el francés vio su oportunidad. Persiguió a la jauría de los stins y la granja y tomó a sí mismos stins y el consejo sobre Weidum sobre.

El segundo Dekema sabemos algo, a saber. Ivrea Juws Dekema, encontramos aquí más de 100 años después. Él era un hijo de la joyería Hettes que dejó en 1303 de la barba y se metió en el mundo de ancho. Ivrea aparentemente tenía un digno hijo de su padre, en 1341 él estaba con el ejército de Luis de Beijeren en Austria. Llegó retorno muy saludable, ya que en 1370 vivió en Dekema Grovestins a Barba, pero murió en 1396 en Weidum. No está claro si Ivrea allí murió de viejo o fue asesinado en la batalla entre Vetkopers y Schieringers, que se había criado solo de nuevo su cabeza. Dada su edad, entonces seguramente por lo menos 75 años han sido, que puede haber sido la edad, pero teniendo en cuenta su pasado bélico, la segunda opción es la más probable.

Cuando su hijo Sytse Dekema en 1397 con su amigo y vecino Gaele Hania en 1397 regresó de Italia, donde durante varios años en la corte del rey Wenceslao había permanecido, que encontraron quemaron su Stinsen a Weidum y pueblo masacrado y saqueados por la Vetkopers. Amargado juró vengarse del Vetkopers.

Una y golpes fueron entregados de nuevo a los grupos en conflicto, se reunió en la Menaldumermieden entre Marssum y Dronrijp. Los dos capitanes, Sytse Dekema y Oda Botnia, se enfrentaron entre sí y lucharon alrededor hasta que ambos cayeron sobre. Más muerto que vivo fueron usados ambos gallos de pelea del campo de batalla. Finalmente Vetkopers huyeron, perseguidos por los Schieringers, encabezados por Gaele Hania. Los Schieringers aprovecharon la oportunidad y se fue directamente a Dokkum, donde stins del distinguido Vetkoper Feije Heemstra quemaron. Dekema Botnia y luego eran buenos amigos y en 1399 lucharon codo con codo contra los holandeses. Cuando su amigo Gaele Hania murió en 1409, era inconsolable Sytse y languidecido. Un año después de su muerte y su cuerpo fue enterrado en la cripta de la Iglesia de Hania en Weidum. Cuando Botnia tarde con sus tropas Vetkoperse Westergoo saqueada de nuevo, no escatimó Weidum en deferencia a sus colegas opositores.

Un hermano de Sytse era Ivrea Juws Dekema. Alrededor de 1400 él vivió para Barba, sino también Weidum tenía posesiones. Cuando en 1457 su hermana y su marido Gaets Juws Dekema Bokke Edad Harinxma los stins las tierras cedidas a él, tuvieron el buen uno para el otro y se Stinsen a Barba y Weidum de nuevo en una mano. No había tiempo disfrutar de su extensa propiedad, ya que en 1463 fue asesinado en una batalla contra los Vetkopers bajo Jirnsum.

En 1480 murió aquí Ivrea Hettes Dekema, que fundó un préstamo libre bajo Weidum que Dekema préstamo fue mencionado.


En 1517 fue Ivrea Juws de Dekema grietman Baarderadeel y propietario de Dekema Estado. Su hijo Pieter Hettes de Dekema no sólo era el padre de 16 (!) Los niños, sino también grietman Consejo Baarderadeel y el Tribunal de Friesland. El 19 de septiembre de 1545, fue golpeado por Carlos V el título de caballero. Él era un hombre que sabía de Asuntos Hídricos. Varias veces mencionan su nombre en relación con proyectos de ingeniería hidráulica. El 11 de abril 1560 informó sobre la excavación de las Profundidades Woltman entre Wergea y Grou. Unos meses más tarde, él estaba comprometido a hacer una cabeza en el lado oeste del nuevo puerto de Tacozijl. Pero él también promovió la turbera. Firmó un acuerdo con dos ricos prestamistas Utrecht para la excavación de la ciénaga en la zona donde Heerenveen es. Eso le ha puesto ciertamente ningún daño. Sr. Pieter van Dekema y su esposa Catalina de Loo están enterrados en la Iglesia de San Vito Oldehove Leeuwarden. Su lápida está ahora en exhibición construido en la pared sur del Oldehove y no para todo el que pasaba en todo su esplendor.

La tarde del Dekema es Syds Julius conocido. El 20 de febrero 1663 recibió el permiso para construir un canal de Weidum a Zwette.


Entonces Dekema Estado pasó a otras manos. En 1710 vivió aquí Ernst Mockema de Harinxma thoe Slooten grietman Baarderadeel. En 1789 el estado estaba en venta. El principal propietario, distrito francés y patriota Ernst Aylva luego huyó a Francia. Regresó con los franceses, pero en la primavera de 1796 hasta el pozo fue re venta. Para 2100 florines fue Johannes Caspar Organizar el secretario de Menaldumadeel, el nuevo propietario. El anuncio de que la venta es una descripción que pinta un buen panorama de la situación: "En el lado este del Alto Heereweg una gran puerta de entrada, donde el norte un sufficante Ringmuur extiende al Weijdumer asciende desde la puerta antes mencionada a la. Gragt de Huijs Steede un lugar espacioso o Bassecour, que Zuijdzijde un entrenador welgetimmerd Voorhuijs y cuarto para herramientas renales guardia, por el que se en que druivebomen adicional limpias. en el lado norte de la Bassecour un pijo derramada extraño durante catorce caballos, estar en el lado oeste de tal habitación en el sótano, que incluye un amplio sótano y en el lado este y dos knegts meijdekamers.

Por otra parte, se demolió una gran Steede Voorhuijs cuya Huijs construido y cadáver extremidad hovinge de gran tamaño, verzien con los espaljers más coloridos y uijtgesogste árboles fértiles soo, con enrejado, como con alisos y genotipado vallados, y equipadas con dos estanques, y varios. Por otra parte, en el lado norte de una plantación mooije y circunferencia de la Weijdumer asciende hacia el Este en busca sig FTUF nae la Weijdumerhout, sooverre este ejército cuerno pertenencia, Dekema Avenida llama. Superficie 12 pm "(12 tamaño libra = más de 3 hectáreas).

El Estado mismo modo brilla por su ausencia, ya que se descompone.


No obstante construido una casa representativa de nuevo, porque unos años más tarde se convirtió en la propiedad estatal de la familia de Beijma que vivió allí hasta 1894. El último ocupante era Jhr. Egidius Beijma de Daniel, alcalde de Baarderadeel y muchos años presidente de la Sociedad de Frisia de Agricultura. Desde la fundación de la compañía en 1852 tenía 20 años en la administración central. Pero también era un granjero y su rebaño de ganado podría soportar cualquier crítica. Luego hubo una manifestación en 1862 en Lemmer dado con una cortadora y una volteadora, él fue el primero en Frisia que compró estas máquinas. No estaba casado y cuando murió en 1894, un hombre fue con un sentimiento cálido corazón. Un benefactor silencio que a menudo Weidumers y compañeros agricultores les ayudó, sin dar a conocer. Detrás del coro de la iglesia Weidumer está enterrado.

La primera vez después de la muerte del escudero vivía la familia o amigos cercanos en el estado. Los sirvientes jardín mantienen los jardines alrededor de la casa en orden, pero todo fue notable que el propietario ya no vivía. Los días de Dekema Estado estaban contados. Una nueva era se abría en el que no había lugar para la vieja nobleza. El destino de Dekema Estado fue sellado en 1898 por los desastres naturales. El 02 de marzo 1898 atrajo un torbellino de Weidum, que no sólo es un número de casas y granjas opliepen graves daños. Jardín Dekema Estado fue destruido de un solo golpe y edificios muy dañada. El hacha ha terminado de trabajar en el jardín, la demolición hizo brevemente el trabajo de los restos de los edificios y con la pala el montículo fue excavado. Así que una línea se puso bajo los 700 años de historia de Dekema Estado.

Los residentes de aproximadamente 1,210 Francés Dekema


1350 Ivrea Juws Dekema


1396-1410 Sytse Dekema


1410-1457 Gaets Juws Dekema y su esposo Bokke Edad Harinxma


1457-1463 Ivrea Juws Dekema


1463-1480 Ivrea Hettes Dekema


alrededor de 1517 Ivrea Juws de Dekema


Pieter Hettes de Dekema


hacia 1663 Syds Julius Dekema


en 1710 Ernst Mockema de Harinxma Thoe Slooten


1789 Severidad del francés Aylva


En 1796 Johannes Caspar Organizar


1898 familia de Beijma


Jhr. Egidius Daniel de Beijma (último propietario)


Propósitos actuales del Estado se encuentra nada. En Weidum ahora es de encontrar un hogar de ancianos llamado "Nij Dekema".


En el lugar del Estado hoy es la pista de hielo.


Inaugurado El hogar de ancianos no es de libre acceso.


Fotos de la lápida de Pieter van decama y Catharina van Loo


Fuentes del texto: J. Leemburg


"Baerderadiel en geakunde" Geakundich Wurkferbân fan de la academia de Frisia


Notas J. Leemburg de diversas publicaciones


Foto 1 y 2: Archivos J. Leemburg.

Do you have supplementary information, corrections or questions with regards to Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.?
The author of this publication would love to hear from you!


Timeline Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.

  This functionality is only available in Javascript supporting browsers.
Click on the names for more info. Symbols used: grootouders grandparents   ouders parents   broers-zussen brothers/sisters   kinderen children

Ancestors (and descendant) of Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.


With Quick Search you can search by name, first name followed by a last name. You type in a few letters (at least 3) and a list of personal names within this publication will immediately appear. The more characters you enter the more specific the results. Click on a person's name to go to that person's page.

  • You can enter text in lowercase or uppercase.
  • If you are not sure about the first name or exact spelling, you can use an asterisk (*). Example: "*ornelis de b*r" finds both "cornelis de boer" and "kornelis de buur".
  • It is not possible to enter charachters outside the standard alphabet (so no diacritic characters like ö and é).



Visualize another relationship

The data shown has no sources.

About the surname Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek.


When copying data from this family tree, please include a reference to the origin:
Martin Woudwyk, "Woudwyk Genealogía", database, Genealogy Online (https://www.genealogieonline.nl/woudwyk-genealogia/I2916.php : accessed June 27, 2024), "Bocke Bocka Bokke Bauke I Agges Ages Aggesz van Harinxma Harinxsma Donia Doanja Doynga Thoe Sneek Thoe Sloten (Hoofdeling van Sneek) Schieringer hoofdeling en olderman te Sneek. (1403-1468)".